Het Sint-Lodewijkscollege ziet het levenslicht in 1834. Het is het oudste bisschoppelijk college in Brugge en ook één van de oudste scholen voor voortgezet onderwijs in de stad. Tot 1972 bevindt de school zich in de historische binnenstad, sindsdien net erbuiten. Door die ligging en vooral door zijn honderden oud-leerlingen heeft het college een belangrijke stempel gedrukt op het Brugse maatschappelijk leven van de laatste twee eeuwen.
In het college is er steeds een grote belangstelling voor de geschiedenis van de eigen instelling geweest. Dit heeft er naast verschillende publicaties voor gezorgd dat het schoolarchief goed bewaard is gebleven. In 1975 geeft de toenmalige directeur het in bewaring aan het Stadsarchief. In de loop van de daaropvolgende decennia volgen verschillende aanvullingen. Het huidige geïnventariseerde archiefbestand bestaat uit 810 nummers. De oudste stukken gaan terug tot de achttiende eeuw, de meest recente tot eind twintigste eeuw. De inventaris is van de hand van Noël Geirnaert. Naast het geïnventariseerd deel is er ook een niet geïnventariseerd deel dat niet toegankelijk is.
Het belang van het archief situeert zich op verschillende vlakken: sociale geschiedenis, culturele geschiedenis (onder meer door de gelegenheidspoëzie van Guido Gezelle en Leonard Lodewijk De Bo), religieuze geschiedenis, genealogisch onderzoek, de iconografie van Brugge. Uiteraard is het archief in de eerste plaats van belang voor de geschiedenis van het onderwijs. Zo zijn er stukken over de dagelijkse realiteit van het collegeleven en de relatie tussen leraars, leerlingen en schooloverheid.
Door de opname van de inventaris van het Sint-Lodewijkscollege komt het totaal aantal archiefbeschrijvingen van Stadsarchief Brugge in Probat op 32 583.